WELKOM BIJ DEZE EVENSONG
Dank voor uw aanwezigheid hier, vandaag, met ons.
De Evensong is het gezongen Avondgebed, zoals vormgegeven in de Engelse Reformatie sinds 1549. Dagelijks wordt de Evensong gezongen in Anglicaanse kerken, kathedralen en colleges. Centraal staat het psalmreciet, zoals in de kloosterlijke getijden-gebeden, naast het gezongen Magnificat (de lofzang van Maria) uit de Vespers en het Nunc Dimittis (de lofzang van Simeon) uit de kloosterlijke Completen (het laatste gebed voor de nacht).
Muziek draagt tijdens de Evensong de lofprijzing en het gebed, afgewisseld door de Schriftlezingen passend bij de daaropvolgende zondag of feestdag.
U wordt uitgenodigd de dikgedrukte onderdelen in de liturgie mee te spreken of te zingen.
Bewaar vooraf, tijdens en na de dienst alstublieft rust en stilte. Wanneer er in de liturgie een aanwijzing is wat betreft het staan en zitten, wordt u verzocht dit rustig en zonder haast te doen. Wacht na de lezingen met staan tot het moment dat het koor gaat staan.
Wij verzoeken u uw telefoon op stil te zetten en uitsluitend te gebruiken voor de digitale liturgie.
Probeert u zich in voorbereiding op de dienst op God te richten middels stilte en gebed.
Wij wensen u een gezegende dienst.
ORGEL PRELUDE
INTROITUS
I am the Resurrection and the Life,
saith the Lord:
He that believeth in me,
though he were dead, yet shall he live:
And whosoever liveth and
believeth in me shall never die.
Shall never, shall never die.
I know that my Redeemer liveth,
and that He shall stand at the
latter day upon the earth.
And though after my skin
worms destroy this body,
yet in my flesh shall I see God:
Whom I shall see for myself,
and my eyes shall behold,
and not another.
We brought nothing into this
world,
and it is certain we
shall carry nothing out.
The Lord gave,
and the Lord hath taken away:
Blessed be the name of the Lord.
Blessed be the name of the Lord.
I heard a voice from heav’n,
from heav’n, saying unto me,
Write, from henceforth blessed,
blessed are the dead
which die in the Lord:
ev’n so saith the Spirit:
for they rest from their labours.
Ev’n so saith the Spirit;
for they rest from their labours.
Amen, amen, amen, amen.
Ik ben de Opstanding en het Leven,
zegt de Heer:
Wie in Mij gelooft, al was hij dood, toch zal hij leven:
En wie leeft en in mij gelooft, zal nooit sterven.
Zal nooit, zal nooit sterven.
Ik weet dat mijn Verlosser leeft,
en dat Hij op de laatste dag op aarde zal opstaan.
En hoewel na mijn huid,
wormen dit lichaam vernietigen,
toch zal ik in mijn vlees God zien:
Die ik zelf zal zien,
en mijn ogen zullen aanschouwen,
en geen ander.
Wij hebben niets in deze wereld
gebracht,
en het is zeker dat wij
niets zullen meenemen.
De Heer gaf,
en de Heer heeft weggenomen:
Gezegend zij de naam van de Heer.
Gezegend zij de naam van de Heer.
Ik hoorde een stem uit de hemel,
uit de hemel, die tot mij zei:
Schrijf op, van nu aan zijn gezegend de doden
die in de Heer sterven:
zo zegt de Geest:
want zij rusten van hun arbeid.
Zo zegt de Geest:
want zij rusten van hun arbeid.
Amen, amen, amen, amen.
Tekst: Henry Vaughan (1621-1695)
We gaan staan
HYMNE
O Heer die onze vader zijt
Allen:
2. Geef dat Uw roepstem wordt gehoord,
als eenmaal bij de zee.
Geef dat ook wij Uw nodend woord,
vertrouwen, volgen ongestoord,
op weg gaan met U mee,
op weg gaan met U mee.
3. Leg Heer’, Uw stille dauw van rust,
op onze duisternis.
Neem van ons hart de vrees, de lust,
en maak ons innerlijk bewust,
hoe schoon Uw vrede is,
hoe schoon Uw vrede is.
4. Dat ons geen drift en pijn verblindt,
geen hartstocht ons verwart.
Maak Gij ons rein en welgezind,
en spreek tot ons in vuur en wind,
o stille stem in ‘t hart,
o stille stem in ‘t hart.
Tekst: J.W. Schulte Nordholt (1920-1995) naar John Whittier (1807-1892)
OPENINGSGEBED
O Heer, open onze lippen.
En onze mond zal zingen uw lof.
O God, maak haast en red ons.
O Heer, kom haastig te hulp.
Ere zij aan de Vader, en aan de Zoon, en aan de Heilige Geest;
Zoals het was in het begin, nu is, en altijd zijn zal, wereld zonder eind. Amen.
Prijs nu de Heer.
De Heer zij geloofd.
We gaan zitten
WELKOM
PSALM 84
2 Hoe lieflijk zijn uw woningen,
O Heer der hemelse scharen!
3 Mijn ziel vergaat van verlangen naar de voorhoven des Heeren!
mijn hart en mijn vlees jubelen het uit tot de God die leeft!
4 Ook een mus vindt een huis,
een zwaluw voor zich een nest waar zij haar kleintjes in neerlegt:
uw altaren, Heer der hemelse scharen,
mijn Koning en mijn God!
5 Zalig die zijn gezeten in uw huis,
immer mogen zij u loven!
6 Zalig een mens wiens kracht ligt in u,
pelgrimswegen zijn in hun hart!
7 Doorkruisen zij het dal van de traan-den, zij maken het tot een fontein:
in zegeningen hult het de eerste regen;
8 Van kracht tot kracht gaan zij voort,
zullen de God der goden zien op de Sion!
9 Heer, der heirscharen God, hoor mijn gebed,
neig uw oor, o God van Jakob!
10 O God, ons Schild, zie het aan,
aanschouw het aanschijn van uw gezalfde!
11 Want het goed van één dag in uw voorhoven
verkoos ik boven een duizendtal elders.
Te wachten op de drempel in het huis van mijn God,
boven toeven in de tenten van de boze!
12 Een zon en een schild is de Heere God,
genade en glorie zal hij geven.
De Heer onthoudt het goede niet
aan wie voortgaan in oprechtheid.
13 O Heer der hemelse scharen,
zalig de mens die zijn vertrouwen stelt op u!
We gaan staan voor het gloria
Ere zij aan de Vader, en aan de Zoon,
en aan de Heilige Geest;
Zoals het was in het begin, nu is, en altijd zijn zal,
wereld zonder eind. Amen.
We gaan zitten
EERSTE LEZING
Jeremia 14: 7-10 en 19-22
De eerste lezing is uit Jeremia 14: 7-10 en 19-22.
7 ‘HEER, al getuigen onze wandaden tegen ons,
grijp toch in omwille van uw naam.
Talloze malen waren wij U ontrouw,
wij hebben tegen U gezondigd.
8 Bron van hoop voor Israël,
redder in tijden van nood,
waarom bent U als een vreemdeling in dit land,
als een reiziger die maar één nacht blijft?
9 Waarom bent U als een radeloze man,
als een soldaat die ons niet kan redden?
U bent toch in ons midden, HEER,
wij behoren U toch toe?
Laat ons niet in de steek.’
10 ‘De HEER zegt over dit volk:
Maar al te graag dwalen ze weg,
ze sparen hun voeten niet.
De HEER schept geen behagen meer in hen.
Nu brengt Hij hun wandaden in rekening,
nu bestraft Hij hun zonden.’
19 ‘Hebt U Juda verworpen,
hebt U van de Sion een afkeer gekregen?
Waarom hebt U ons zo hard geslagen
dat er geen genezing voor ons is?
Wij hoopten op vrede, maar vrede bleef uit,
wij verwachtten genezing, maar angst overviel ons.
20 HEER, wij bekennen onze schuld,
en de schuld van onze voorouders:
wij hebben tegen U gezondigd.
21 Maar verstoot ons toch niet,
doe het niet, omwille van uw naam.
Ontluister uw troon toch niet,
denk aan uw verbond met ons, verbreek het niet.
22 Brengen die nietige goden van andere volken soms regen,
of schenkt de hemel buien uit zichzelf?
U, de HEER, onze God, doet dat toch?
Wij vestigen onze hoop op U,
want U hebt alles gemaakt.’
Hier eindigt de eerste lezing.
We gaan staan
MAGNIFICAT
My soul doth magnify the Lord. And my spirit hath rejoiced in God my Saviour.
For he hath regarded: the lowliness of his handmaiden:
For behold, from henceforth: all generations shall call me blessed.
For he that is mighty hath magnified me:
and holy is his Name.
And his mercy is on them that fear him: throughout all generations.
He hath shewed strength with his arm:
he hath scattered the proud in the imagination of their hearts.
He hath put down the mighty from their seat: and hath exalted the humble and meek.
He hath filled the hungry with good things:
and the rich he hath sent empty away.
He remembering his mercy hath holpen his servant Israel:
As he promised to our forefathers,
Abraham and his seed for ever.
Glory be to the Father, and to the Son, and to the Holy Gost;
As it was in the beginning, is now, and ever shall be: world without end. Amen
Groot maakt mijn ziel de Heer, en mijn geest heeft zich verheugd om God mijn Redder.
Want Hij aanschouwde de nederigheid van zijn dienares:
ja zie, van nu af aan spreken alle geslachten mij zalig.
Want grote dingen heeft Hij mij gedaan
die machtig is, en heilig is Zijn naam.
En Zijn barmhartigheid is van nageslacht tot nageslacht, voor hen die Hem vrezen.
Hij heeft kracht getoond in Zijn arm,
en hoogmoedigen in de gedachte van hun hart verstrooid.
Hij stootte machtigen van hun zetel,
en nederigen heeft Hij verheven. Hongerigen heeft Hij met gaven vervuld,
en rijken heeft Hij leeg weggezonden.
Hij is Israel zijn dienaar te hulp geschoten,
zijn barmhartigheid gedenkend, Zoals Hij gesproken heeft tot onze vaderen,
Abraham en zijn zaad in eeuwigheid.
Ere zij aan de Vader, en aan de Zoon, en aan de Heilige Geest;
Zoals het was in het begin, nu is, en altijd zijn zal, wereld zonder eind. Amen.
Dorian Canticles
We gaan zitten
TWEEDE LEZING
Lucas 18: 9-14
De tweede lezing is uit Lucas 18: 9-14.
9 Met het oog op degenen die zichzelf rechtvaardig vinden en anderen minachten, vertelde Hij de volgende gelijkenis. 10 ‘Twee mensen gingen naar de tempel om te bidden, de een was een farizeeër en de ander een tollenaar. 11 De farizeeër stond daar rechtop en bad bij zichzelf: “God, ik dank U dat ik niet ben als de andere mensen, die roofzuchtig of onrechtvaardig of overspelig zijn, en dat ik ook niet ben als die tollenaar. 12 Ik vast tweemaal per week en draag een tiende van al mijn inkomsten af.” 13 De tollenaar echter bleef op een afstand staan en durfde niet eens zijn blik naar de hemel te richten. In plaats daarvan sloeg hij zich berouwvol op de borst en zei: “God, wees mij zondaar genadig.” 14 Ik zeg jullie, hij ging naar huis als iemand die rechtvaardig is in de ogen van God, maar die ander niet. Want wie zichzelf verhoogt zal worden vernederd, en wie zichzelf vernedert zal worden verhoogd.’
Hier eindigt de tweede lezing.
We gaan staan
NUNC DIMITTIS
Lord, now lettest thou thy servant depart in peace according to thy word.
For mine eyes have seen thy salvation,
Which thou hast prepared before the face of all people;
To be a light to lighten the Gentiles
and to be the glory of thy people Israel.
Glory be to the Father, and to the Son, and to the Holy Gost; As it was in the beginning, is now, and ever shall be: world without end. Amen
Nu laat u, Heer, uw dienaar in vrede heengaan,
zoals u hebt beloofd.
Want met eigen ogen heb ik de redding gezien
die u bewerkt hebt ten overstaan van alle volken:
een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen
en dat tot eer strekt van Israël, uw volk.
Ere zij aan de Vader, en aan de Zoon, en aan de Heilige Geest;
Zoals het was in het begin, nu is, en altijd zijn zal, wereld zonder eind. Amen.
Dorian Canticles
GELOOFSBELIJDENIS
We keren ons naar het kruis en belijden samen
Ik geloof in God de Vader,
de Almachtige,
Schepper van hemel en aarde.
En in Jezus Christus, Zijn eniggeboren Zoon,
onze Heer;
Die ontvangen is van de Heilige Geest,
geboren uit de maagd Maria;
Die geleden heeft onder Pontius Pilatus,
is gekruisigd, gestorven en begraven,
nedergedaald in de hel;
ten derden dage opgestaan van de doden;
opgevaren naar de hemel,
waar hij zetelt aan de rechterhand van God,
de almachtige Vader;
vanwaar Hij komen zal om te oordelen
de levenden en de doden.
Ik geloof in de Heilige Geest,
de heilige, Katholieke, Christelijke kerk,
de gemeenschap van de heiligen;
de vergeving van de zonden;
de wederopstanding van het lichaam;
en het eeuwige leven.
Amen.
We gaan zitten
GEBEDEN
De Heer zij met u.
En met uw geest.
Laat ons bidden.
Heer, ontferm u over ons.
Christus, ontferm u over ons.
Heer, ontferm u over ons.
Onze Vader
die in de hemelen zijt,
uw naam worde geheiligd;
uw Koninkrijk kome;
uw wil geschiede,
gelijk in de hemel alzo ook op aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood;
en vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven onze schuldenaren;
en leid ons niet in verzoeking,
maar verlos ons van het kwade.
Want van U is het Koninkrijk,
de kracht en de heerlijkheid
in eeuwigheid.
Amen.
O Heer, toon uw genade aan ons.
En schenk ons uw verlossing.
Begiftig uw dienaren met gerechtigheid.
En geef uw volk vreugde.
O Heer, red uw kind’ren.
En zegen uw erfdeel.
Geef vrede in onze tijd, o Heer.
Want er is geen ander die voor ons strijdt, behalve U, o God.
Schep ons een zuiver hart, o God.
en neem niet Uw Heilige Geest van ons weg.
Gebed van de dag
Gebed voor vrede
O God, uit wie alle heilige verlangens, alle goede raad, en alle rechtvaardige werken voortkomen; geef aan uw dienaren die vrede die de wereld niet kan geven; opdat zowel onze harten gericht mogen zijn om uw geboden te gehoorzamen, en ook dat wij door U, verdedigd tegen de vrees voor onze vijanden, onze tijd in rust en stilte mogen doorbrengen; door de verdiensten van Jezus Christus, onze Verlosser. Amen.
Gebed voor hulp tegen alle gevaren
Verlicht onze duisternis, smeken wij u, o Heer; en verdedig ons door uw grote barmhartigheid tegen alle gevaren van deze nacht; omwille van uw enige Zoon, onze Verlosser, Jezus Christus. Amen.
ANTHEM
Save us, O Lord, waking,
guard us sleeping,
that awake we may watch with Christ,
and asleep we may rest in peace.
Bescherm ons, o Heer, wakende,
bewaak ons slapende,
Zodat we wakker zijnde, mogen waken met Christus,
en slapende, mogen rusten in vrede.
Tekst: Book of Common Prayer (1549)
VOORBEDEN
Steeds beantwoord door:
Amen.
De genade van onze Heere Jezus Christus, en de liefde van God,
en de gemeenschap van de Heilige Geest, zij met u allen. Amen.
We gaan staan voor de hymne
HYMNE
Kan ooit mijn lied toereikend zijn
Allen:
Koor:
2. Daar stralen allen in uw licht,
maar ik zoek naar uw spoor.
Daar staat men voor uw aangezicht,
terwijl ik U slechts hoor.
Zij zingen, want gij zijt hun Zon,
ach, ving ik maar één straal.
Dan werd ook mijn lied tot uw troon,
zolang ik adem haal.
Allen:
3. Wanneer geloof mijn hart verlicht,
een liefdesvuur het vult,
dan deel ik even in dat koor,
in hemels licht gehuld.
Maar ik vrees kil en koud te zijn
ondanks mijn vurig lied.
Gij, die puur goud geschonken krijgt,
tel ook wat ik u bied.
4. Wat zijt gij groot, o Levende,
wie alles toebehoort.
U kennen laat mij delen in
dit hemelse akkoord.
Gij, oeverloze oceaan,
en hemelsbrede zon,
Gij, God van altijd, overal,
die ook mijn hart bewoont.
Tekst: Sytze de Vries (1945) naar John Mason (1645-1694)
AVONDGEBED
Heer, blijf bij ons, want het is avond
en de nacht zal komen.
Blijf bij ons en bij uw ganse Kerk
aan de avond van de dag,
aan de avond van het leven,
aan de avond van de wereld.
Blijf bij ons
met uw genade en goedheid,
met uw troost en zegen,
met uw woord en sacrament.
Blijf bij ons
wanneer over ons komt
de nacht van beproeving en van angst,
de nacht van twijfel en aanvechting,
de nacht van de strenge, bittere dood.
Blijf bij ons
in leven en in sterven,
in tijd en eeuwigheid. Amen.
We blijven staan als het koor de kerk verlaat
We gaan zitten
ORGEL POSTLUDE
Volgende Evensong:
22 november 2025 - 18:30
Wij hopen dat u een goede Evensong hebt gehad.
Er is een collecte bij de uitgang van de kerk. Met uw gift helpt u de kosten van deze Evensong te dekken en deze diensten voort te zetten. Uw financiële steun wordt bijzonder op prijs gesteld.
U kunt op de volgende manieren een gift geven: